Chippen van honden is verplicht

Alle hondenpups moeten verplicht worden gechipt. Deze maatregel is per 1 april 2013 ingegaan. De ministerraad heeft ingestemd met dit voorstel van staatssecretaris Bleker om misstanden in de fokkerij en handel met honden tegen te gaan en het welzijn van honden te verbeteren. Op dit moment is circa 70% van de honden door de eigenaren op vrijwillige basis van een chip voorzien.

Het is nu verplicht een hond binnen 7 weken na geboorte te laten chippen. De eigenaar moet onder meer zijn naam, adres en woonplaats registreren. De gegevens van de eigenaar worden opslagen in een databank. Met deze gegevens kunnen toezichthouders mogelijke illegale handel of fokkerij opsporen of nagaan of iemand bedrijfsmatig handelt in honden. Bij een mishandelde, verwaarloosde of achtergelaten hond is met de chip de eigenaar op te sporen. Het kabinet geeft met de maatregel gehoor aan het verzoek van veel partijen om verschillende problemen in de handel en fokkerij met honden te bestrijden. Ook is er wettelijk besloten, dat de overheid de geregistreerde gegevens niet mag gebruiken om te hondenbelasting te innen.

Hoe werkt het?
Met behulp van een chip - die ook wel transponder wordt genoemd- is een dier makkelijk te identificeren. Andere vormen van identificatie van dieren zijn bijvoorbeeld de tatoeage en oormerken. Het tatoeëren van honden en katten in Nederland is niet meer toegestaan en ook over oormerken bij vee en hobbydieren is veel discussie gaande. De verwachting is dat ook deze te zijner tijd zullen worden verdrongen door de chip.

Elektronische identificatie bestaat uit 3 onderdelen:
  1. de chip (transponder)
  2. een afleesapparaat (reader)
  3. koppeling tussen het nummer en de gegevens van het dier en zijn eigenaar in een databank (registratie)

De chip

lucifer transponderDe zogenoemde  ‘chip' is een buisje van onbreekbaar materiaal (BioTec) waarin de chip zich bevindt. Op de chip is het wereldwijd unieke nummer van het dier vastgelegd. De chip wordt door middel van een injectiepen geïmplanteerd. Dit is niet meer dan een "prikje", dat bovendien slechts eenmaal in het hele leven behoeft te worden toegediend. Na het inbrengen merkt het huisdier niet dat hij of zij een chip draagt.

Het afleesapparaat
Om een in een dier aangebrachte chip te kunnen aflezen is een speciaal afleesapparaat nodig. Zo'n afleesapparaat stuurt als het ware een berichtje naar de chip, die daardoor wordt geactiveerd en een antwoord terugstuurt. Dat antwoord bestaat uit een nummer dat op het afleesapparaat zichtbaar wordt.

Registratie
Het chipnummer hoort gekoppeld te worden aan de gegevens van het dier en zijn eigenaar. Deze koppeling oftewel ‘registratie' van de gegevens vindt bij ons plaats in de databank Petlook.

Indien registratie van het chipnummer heeft plaatsgevonden is het dier dus te koppelen aan zijn eigenaar en staat de identiteit van het dier onomstotelijk vast.