Als 75% van de levensverwachting van het ras is bereikt noemen we een
dier senior. Katten zijn senior vanaf een leeftijd van 10-11 jaar, vanaf 15 jaar noemen we ze ook wel geriatrisch. Als een kat op latere leeftijd problemen krijgt word vaak gezegd "dat
komt door de ouderdom". Dit is echter een uitspraak die niet helemaal
terecht is. Ouderdom op zichzelf is namelijk geen ziekte, maar oudere
katten kunnen wel gevoeliger zijn voor (leeftijd gebonden)
gezondheidsproblemen. Deze zijn vaak goed te behandelen en hoeven niet
te zorgen voor een verminderd welzijn.
Om bij oudere dieren op tijd bepaalde ziekten te signaleren, is een één of zelfs twee jaarlijkse ‘senior check up’ aan te raden. Er wordt dan een lichamelijke onderzoek uitgevoerd, er wordt naar het gewicht gekeken en er wordt een urine- en/of bloedonderzoek gedaan. Via de urine en het bloedonderzoek wordt er onder andere gekeken naar de nieren, de lever, de alvleesklier, de schildklier, de eiwitten, de zouten en mineralen, het aantal rode bloedcellen en de ontstekingscellen.
Door middel van deze onderzoeken worden aandoeningen eerder opgemerkt, nog voordat uw dier klachten heeft. In een eerder stadium zijn deze aandoeningen vaak beter en eenvoudiger te behandelen. En daarmee neemt ook de levensverwachting toe, met een goede kwaliteit van leven.
De leeftijd waarop je moet starten met senior voeding is afhankelijk
van het merk van de voeding. De richtlijnen
hiervoor staan op de verpakking. Met
behulp van senior voeding wordt de weerstand van de kat vergroot en
wordt voorzien in specifieke voedingsstoffen die kunnen helpen de
gezondheid van de senior te verbeteren. Een aantal van deze
veranderingen zijn:
Osteo-artritis (arthrose) komt zeer veel voor bij de oudere kat. Bij arthrose ontstaan er ontstekingen in het oppervlakte van gewrichten. Dit leidt ertoe dat de gewrichten verstijven en dat bewegen pijnlijk wordt. Vaak wordt dit echter niet opgemerkt door de eigenaar, omdat katten er heel goed in zijn om (pijn)klachten te verbergen. Tot voor kort werd dit probleem dan ook onderschat. Als we echter bij de katten van 10 jaar en ouder röntgenfoto’s maken, blijkt dat 65-90 % van de katten arthrose heeft. Voornamelijk de ellebogen en de heupen zijn aangedaan, maar we zien ook regelmatig arthrose in de knieën en schouders. De klachten die de kat onder andere vaak laten zien zijn: minder bewegen, niet meer (willen) springen of met tussen stapjes, meer liggen, niet meer geaaid willen worden, humeuriger of zelfs agressief, naast de bak plassen en/of poepen, etc.
Arthrose kunnen we niet genezen. Wel
kunnen we proberen het de kat zo comfortabel mogelijk te maken. Dit kunnen we
doen met bijvoorbeeld speciaal dieetvoer en/of pijnstillers.
Naarmate een dier ouder wordt, kunnen bepaalde organen, zoals de nieren, minder goed gaan functioneren. Pas als meer dan 2/3 deel van de nieren niet meer werkt, zullen er klachten zichtbaar worden. Nieren hebben, net als de lever, een enorme reserve capaciteit. Als een deel van het orgaan onbruikbaar is geworden, neemt een andere deel het werk over. Hierdoor komt het vaak voor dat de verminderde nierfunctie vaak al maanden tot zelfs jaren geleden is begonnen.
Verschijnselen die kunnen passen bij nierfalen zijn:Veel katten met nierfalen hebben een te hoge bloeddruk. Hierdoor kunnen katten zich onder andere futloos gaan voelen, gedesorienteerd raken en zelfs blind worden.
Met behulp van urine- en bloedonderzoek kan de diagnose gesteld worden. Eventueel kan aanvullend onderzoek in de vorm van bloeddrukmeting en een echo nodig zijn.
Chronisch nierfalen kunnen we niet genezen. Wel kunnen we behulp van voeding, medicatie en eventueel infusen ervoor zorgen dat de nieren zoveel mogelijk worden ontlast, dat de bloeddruk verlaagd en dat de overgebleven nierfunctie wordt geoptimaliseerd.
Parodontitis is het meest voorkomende gebitsprobleem bij oudere katten. Het is een ontsteking van het tandvlees, waardoor de tanden of kiezen uiteindelijk los komen te zitten. Behalve dat deze aandoening pijnlijk is, vormt een slecht gebit ook een bron van infectie. Dit kan zeker bij oudere dieren of dieren met een verzwakte afweer leiden tot ontstekingen van belangrijke organen, zoals het hart, de alvleesklier of de nieren. Daarom is een gezond gebit juist bij deze dieren erg belangrijk! Kijk voor meer informatie onder het kopje ‘gebit’ bij de kat.
Net als bij de mensen gaat het gehoor op een gegeven moment achteruit. Doordat ze minder goed horen, kunnen ze eerder schrikken van objecten die ‘opeens’ in hun blikveld komen. Zorg dan ook dat je van tevoren laat merken dat je eraan komt. Opeens de kat aaien, zeker wanneer deze slaapt, is niet handig. De kat zal door de schrik kunnen reageren door te krabben en/of te bijten.
Ook kunnen ze heel hard en meer gaan miauwen. Dit kan te maken hebben met het gebrek van kalmerende vertrouwde geluiden, maar ook met het zoeken naar aandacht van de eigenaar en geruststelling.
Wat ook veel voorkomt bij de oudere kat is een te snel werkende schildklier oftewel hyperthyreoïdie. Hierdoor ontstaat een overproductie van het schildklierhormoon. Het schildklierhormoon beïnvloedt bijna alle organen in het lichaam en regelt zo de stofwisseling. De symptomen die de kat laat zien horen dan ook bij een te snelle stofwisseling:
Door de te hoge bloeddruk kunnen katten zich onder andere futloos gaan voelen, gedesoriënteerd raken en zelfs blind worden.
Met behulp van bloedonderzoek kunnen we hyperthyreoïdie diagnosticeren.
Er zijn verschillende behandelmogelijkheden: medicijnen, radioactief jodium (bij een specialistische kliniek), voeding of een operatie. Alle opties hebben hun voor- en nadelen. Indien uw kat met hyperthyreoïdie gediagnosticeerd wordt, zullen we met u bespreken wat voor uw kat de beste behandeling is.